◄ Verhandeling 164
  Deel 4 ▲
Verhandeling 166 ►
Verhandeling 165

De aanvang van de zendingstocht

In het kamp bij Pella  •  De toespraak over de goede herder  •  De sabbatstoespraak in Pella  •  Het verdelen van de erfenis  •  Gesprekken met de apostelen over rijkdom  •  Het antwoord op de vraag van Petrus

ABNER, het voormalige hoofd van de twaalf apostelen van Johannes de Doper, een Nazireeër en voormalig hoofd van de school der Nazireeërs te Engedi, was nu het hoofd van de zeventig boodschappers van het koninkrijk, en riep op dinsdag, 3 januari, a.d. 30 zijn medewerkers bijeen om hun de laatste instructies te geven alvorens hen uit te zenden op een missie naar alle steden en dorpen in Perea. Deze zending in Perea duurde bijna drie maanden en was het laatste dienstbetoon van de Meester. Na deze arbeid ging Jezus rechtstreeks naar Jeruzalem waar hij zijn laatste ervaringen in het vlees zou doormaken. Het werk van de zeventig werd op gezette tijden aangevuld door de arbeid van Jezus en de twaalf apostelen, en vond plaats in de volgende grotere en kleinere steden en ook nog in ongeveer vijftig dorpen: Safon, Gadara, Makad, Arbela, Ramat, Edreï, Bosra, Kasifja, Mispa, Gerasa, Ragaba, Sukkot, Amatus, Adam, Penuel, Capitolias, Dion, Chatita, Gadda, Filadelfia, Jogbeha, Gilead, Bet-Nimra, Tyrus, Elale, Livias, Hesbon, Callirroe, Bet-Peor, Sittim, Sibma, Medeba, Bet-Meon, Areopolis en Aroër.

165:0.2

Op deze tocht door Perea nam het vrouwenkorps, nu twee en zestig in getal, steeds het grootste deel van het werk van de verzorging van de zieken over. Dit was de laatste periode in de ontwikkeling van de hogere geestelijke aspecten van het evangelie van het koninkrijk, en bijgevolg werden er geen wonderen verricht. Geen ander deel van Palestina werd zo grondig door de apostelen en de discipelen van Jezus bewerkt en in geen andere streek aanvaardden de betere klassen der burgers zó algemeen het onderricht van de Meester.

165:0.3

Perea was te dien tijde ongeveer half niet-Joods en half Joods, omdat de Joden in de tijd van Judas Maccabeüs in het algemeen uit deze streken waren weggestuurd. Perea was de mooiste, schilderachtigste provincie van heel Palestina. De Joden noemden het gewoonlijk ‘het land aan de overzijde van de Jordaan.’

165:0.4

Gedurende deze hele periode verdeelde Jezus zijn tijd tussen het kamp bij Pella en korte tochten met de twaalf om de zeventig te helpen in de verschillende steden waar zij onderricht gaven en predikten. Op voorschrift van Abner doopten de zeventig alle gelovigen, hoewel Jezus hun dat niet had opgedragen.


 
 
165:1 ►
Het Urantia Boek