◄ 22:2
Verhandeling 22
22:4 ►

De Getrinitiseerde Zonen van God

3. De Hoge Gezagsdragers

22:3.1

De Hoge Gezagsdragers, de tweede groep der Getrinitiseerde Zonen van Bekwaamheid, zijn allen wezens van sterfelijke afkomst die met hun Richter zijn gefuseerd. Dit zijn de vervolmaakte stervelingen die uitzonderlijke bestuurlijke bekwaamheid aan de dag hebben gelegd en een groot talent voor leiderschap hebben vertoond tijdens hun lange opgaande loopbaan. Onder de tot overleving gekomen stervelingen uit de ruimte beschikken zij bij uitstek over de bekwaamheid tot regeren.

22:3.2

Zeventigduizend Hoge Gezagsdragers worden bij iedere Triniteitsverbinding getrinitiseerd. Ofschoon het plaatselijk universum Nebadon een betrekkelijk jonge schepping is, heeft het toch zijn vertegenwoordigers onder een recentelijk getrinitiseerde klasse van deze orde. In Orvonton zijn thans meer dan tien miljard van deze kundige bestuurders werkzaam. Evenals alle andere afzonderlijke orden van hemelse wezens, hebben zij hun eigen hoofdkwartier op Uversa, en zoals dit ook het geval is bij de andere door de Triniteit omhelsde zonen, treden hun reserves op Uversa op als het centrale bestuurslichaam van hun orde in Orvonton.

22:3.3

Het bestuurlijk gezag van de Hoge Gezagsdragers kent geen beperkingen. Zij zijn de overal aanwezige en immer efficiƫnte uitvoerende bewindslieden voor de Ouden der Dagen. Zij dienen op ieder hemellichaam, op iedere bewoonde wereld, en in iedere fase van activiteit in alle zeven superuniversa.

22:3.4

Omdat zij uitmunten in bestuurlijke wijsheid en buitengewoon kundig zijn als uitvoerende gezagdragers, nemen deze briljante wezens de taak op zich om de gerechtigheid te vertegenwoordigen namens de rechtscolleges van het superuniversum; zij zorgen ervoor dat er recht wordt gedaan in de evolutionaire universa en dat misslagen worden rechtgezet. Als ge daarom ooit aangeklaagd mocht worden wegens een beoordelingsfout tijdens uw opklimming langs de werelden en hemellichamen die voor uw kosmische vooruitgang verordend zijn, is het nauwelijks denkbaar dat u onrecht zou worden aangedaan, want uw aanklagers zouden wezens zijn die eens zelf in opklimming zijn geweest en persoonlijk vertrouwd zijn met iedere schrede op de weg die ge reeds hebt afgelegd en verder aflegt.


◄ 22:2
 
22:4 ►