De volgende dag, maandag, werd geheel doorgebracht bij de morontia-schepselen die toen aanwezig waren op Urantia. Er waren meer dan een miljoen morontia-leiders met hun medewerkers naar Urantia gekomen, tezamen met overgangsstervelingen van verschillende orden van de zeven woningwerelden van Satania, om deel te nemen aan de ervaring van de morontia-overgang van de Meester. De morontia-Jezus verbleef veertig dagen bij deze prachtige verstandelijke wezens. Hij onderrichtte hen en leerde van hun leiders over het morontia-overgangsleven zoals dit door de stervelingen van de bewoonde werelden van Satania wordt doorgemaakt terwijl zij de morontia-werelden van het stelsel doorlopen.
Omstreeks middernacht van deze maandag werd de morontia-gedaante van de Meester aangepast voor de overgang naar het tweede stadium van de morontia-progressie. Toen hij de volgende maal aan zijn sterfelijke kinderen op aarde verscheen, vond dit plaats als een morontia-wezen van de tweede graad. Naarmate de Meester vorderde in de morontia-loopbaan, werd het technisch steeds moeilijker voor de morontia-wezens en hun medewerkers die zijn transformatie bewerkstelligden, om de Meester zichtbaar te maken voor de materiƫle ogen van stervelingen.
Jezus maakte de overgang naar het derde stadium van morontia op vrijdag 14 april; naar het vierde stadium op maandag de 17 e; naar het vijfde stadium op zaterdag de 22 e; naar het zesde stadium op donderdag de 27 e; naar het zevende stadium op dinsdag 2 mei; naar het burgerschap van Jerusem op zondag de 7 e; en hij ontving de omhelzing van de Meest Verhevenen van Edentia op zondag, 14 mei.
Op deze wijze completeerde Michael van Nebadon zijn dienst van universum-ervaring, aangezien hij in verband met zijn eerdere zelfschenkingen reeds geheel het leven had ervaren van de opklimmende stervelingen uit tijd en ruimte, vanaf het verblijf op het hoofdkwartier van de constellatie zelfs tot en met hun dienstbetoon op het hoofdkwartier van het superuniversum. En door deze morontia-ervaringen voltooide de Schepper-Zoon van Nebadon werkelijk zijn zevende en laatste zelfschenking aan het universum en bracht hij deze tot een waardig einde.