◄ Verhandeling 187
  Deel 4 ▲
Verhandeling 189 ►
Verhandeling 188

De periode van het graf

De begrafenis van Jezus  •  Het beveiligen van het graf  •  Tijdens de Sabbatdag  •  De betekenis van de kruisdood  •  Lessen van het kruis

DE anderhalve dag dat het sterfelijke lichaam van Jezus in het graf van Jozef lag, de periode tussen zijn dood aan het kruis en zijn opstanding, is een hoofdstuk in de aardse loopbaan van Michael waarvan ons weinig bekend is. Wij kunnen de begrafenis van de Zoon des Mensen verhalen en in dit verslag de gebeurtenissen opnemen die met zijn opstanding waren verbonden, maar wij kunnen niet veel authentieke inlichtingen verschaffen over hetgeen werkelijk plaatsvond gedurende dit tijdvak van ongeveer zesendertig uur, van drie uur vrijdagmiddag tot drie uur zondagmorgen. Deze periode in de loopbaan van de Meester begon kort voordat hij door de Romeinse soldaten van het kruis werd afgenomen. Hij hing na zijn dood nog ongeveer een uur aan het kruis. Hij zou al eerder van het kruis zijn afgenomen, indien niet eerst een einde had moeten worden gemaakt aan het leven van de twee struikrovers.

188:0.2

De oversten der Joden waren van plan het lichaam van Jezus in de open grafkuilen van Gehenna te laten werpen, ten zuiden van de stad, want het was de gewoonte zich op deze wijze van de slachtoffers van kruisigingen te ontdoen. Indien dit plan zou zijn uitgevoerd, zou het lichaam van de Meester ten prooi zijn gevallen aan de wilde dieren.

188:0.3

Ondertussen was Jozef van Arimatea, vergezeld door Nikodemus, naar Pilatus gegaan met het verzoek het lichaam van Jezus aan hen af te staan om het naar behoren te kunnen begraven. Het was niet ongewoon dat vrienden van gekruisigden de Romeinse autoriteiten steekpenningen aanboden om dergelijke lichamen in hun bezit te krijgen. Jozef ging naar Pilatus met een grote som gelds voor het geval het nodig mocht blijken te betalen voor de toestemming om het lichaam van Jezus naar een particulier graf te brengen. Pilatus wilde hier echter geen geld voor aannemen. Toen hij hun verzoek hoorde, tekende hij snel het bevel dat Jozef machtigde naar Golgota te gaan en zich daar onmiddellijk in het bezit te stellen van het lichaam van de Meester. Ondertussen was de zandstorm grotendeels bedaard, en was een groep Joden die het Sanhedrin vertegenwoordigde naar Golgota gegaan om zich ervan te vergewissen dat het lichaam van Jezus samen met de lichamen van de struikrovers naar de open publieke grafkuilen gebracht zou worden.


 
 
188:1 ►
Het Urantia Boek