◄ 172:1
Verhandeling 172
172:3 ►

Het binnengaan van Jeruzalem

2. De zondagochtend met de apostelen

172:2.1

Op deze zondagochtend riep de Meester zijn twaalf apostelen bij zich in de mooie tuin van Simon, en gaf hij hun zijn laatste instructies ter voorbereiding op hun intocht in Jeruzalem. Hij zei hun dat hij waarschijnlijk vele toespraken zou houden en veel onderricht zou geven voordat hij naar de Vader zou terugkeren, maar de apostelen raadde hij aan zich tijdens deze Paasweek in Jeruzalem te onthouden van alle werk in het openbaar. Hij droeg hen op dichtbij hem te blijven en ‘te waken en te bidden.’ Jezus wist dat velen van zijn apostelen en naaste volgelingen op dit moment zwaarden droegen die zij onder hun kleren verborgen hielden, maar hij maakte geen toespeling op dit feit.

172:2.2

De instructies van deze morgen omvatten ook een korte terugblik op hun dienstbetoon sinds de dag dat ze in de buurt van Kafarnaüm waren bevestigd tot deze dag, nu ze zich opmaakten Jeruzalem binnen te gaan. De apostelen luisterden zwijgend toe en stelden geen vragen.

172:2.3

Die ochtend in de vroegte had David Zebedeüs aan Judas het geld overgedragen dat de verkoop van de uitrusting van het kamp bij Pella had opgebracht. Judas had op zijn beurt het grootste deel hiervan aan Simon, hun gastheer, in bewaring gegeven, in afwachting van wat er nodig zou zijn nu ze Jeruzalem binnengingen.

172:2.4

Na de bespreking met de apostelen had Jezus een gesprek met Lazarus en droeg hem op te voorkomen dat zijn leven ten offer zou vallen aan de wraakzucht van het Sanhedrin. En gehoor gevend aan deze aanmaning vluchtte Lazarus enkele dagen later, toen de oversten van het Sanhedrin mannen zonden om hem te arresteren, naar Filadelfia.

172:2.5

In zekere zin voorvoelden alle volgelingen van Jezus de crisis die ophanden was, maar de ongewone opgewektheid en uitzonderlijk goede stemming van de Meester verhinderden dat zij de ernst van de crisis ten volle beseften.


◄ 172:1
 
172:3 ►