◄ 50:1
Verhandeling 50
50:3 ►

De Planetaire Vorsten

2. Het planetaire bestuur

50:2.1

Alle Planetaire Vorsten staan in universum-bestuurlijk opzicht onder de jurisdictie van Gabriël, de hoogste uitvoerende bestuurder onder Michael, terwijl zij rechtstreeks onderworpen zijn aan de uitvoerende mandaten van de Stelsel-Soevereinen.

50:2.2

De Planetaire Vorsten kunnen op ieder moment raad vragen aan de Melchizedeks, hun vroegere instructeurs en mentoren, maar er wordt niet arbitrair van hen verlangd dat zij deze assistentie inroepen, en indien er niet vrijwillig om hun bijstand wordt verzocht, mengen de Melchizedeks zich niet in zaken van planetair bestuur. Deze regeerders van de werelden kunnen ook de raad inroepen van de vierentwintig raadslieden die van de zelfschenkingswerelden van het stelsel zijn samengebracht. In Satania zijn deze raadslieden tegenwoordig allen afkomstig van Urantia. Bovendien is er een analoge raad van zeventig op het hoofdkwartier van de constellatie, die eveneens is gekozen uit de evolutionaire wezens van de gebieden.

50:2.3

De evolutionaire planeten worden tijdens de eerste, onstabiele periode in hun ontwikkeling grotendeels autocratisch geregeerd. De Planetaire Vorsten organiseren hun groepen gespecialiseerde assistenten uit de leden van hun korps van planetaire helpers. Gewoonlijk omringen zij zich met een allerhoogste raad van twaalf, maar deze raad wordt op de verschillende werelden op verschillende wijzen gekozen en gevarieerd samengesteld. Een Planetaire Vorst kan ook één of meer leden van de derde orde van zijn eigen groep van zonen als assistenten hebben en soms, op bepaalde werelden, een van zijn eigen orde, een secundaire Lanonandek-medewerker.

50:2.4

De gehele staf van de wereldregeerder bestaat uit persoonlijkheden van de Oneindige Geest en bepaalde typen hoger geëvolueerde wezens en opklimmende stervelingen van andere werelden. Zulk een staf telt gemiddeld duizend leden, en naarmate de planeet vooruitgaat, kan dit korps helpers tot honderdduizend of meer worden uitgebreid. Op ieder moment dat er behoefte wordt gevoeld aan meer helpers, behoeven de Planetaire Vorsten slechts een verzoek te richten aan aan hun broeders, de Stelsel-Soevereinen, en wordt dit verzoek onmiddellijk ingewilligd.

50:2.5

Planeten verschillen sterk in hun aard en organisatie en in hun bestuur, maar alle treffen voorzieningen voor rechtbanken. Het gerechtelijke apparaat van het plaatselijke universum heeft zijn oorsprong in de rechtbanken van een Planetaire Vorst, welke worden voorgezeten door een lid van zijn persoonlijke staf. De uitspraken van deze gerechtshoven geven blijk van een zeer vaderlijke en discretionaire houding. Inzake alle problemen die meer behelzen dan het treffen van regelingen voor de inwonenden van de planeet, kan in beroep worden gegaan bij de hogere rechtbanken, maar de zaken van het domein van zijn wereld worden grotendeels berecht overeenkomstig de persoonlijke inzichten van de vorst.

50:2.6

De rondreizende commissies van bemiddelaars staan in dienst van, en vormen een aanvulling op, de planetaire rechtbanken, en zowel geest- als fysische controleurs zijn onderworpen aan de besluiten van deze bemiddelaars. Maar geen arbitrage-vonnis wordt ooit ten uitvoer gelegd zonder de toestemming van de Constellatie-Vader, want de ‘Meest Verhevenen regeren in de koninkrijken der mensen.’

50:2.7

De controleurs en transformatoren die zijn aangesteld op de planeet, zijn ook in staat samen te werken met engelen en andere orden hemelse wezens, teneinde deze laatste persoonlijkheden zichtbaar te maken voor sterfelijke schepselen. Bij speciale gelegenheden kunnen de serafijnse helpers en zelfs de Melchizedeks zichzelf voor de bewoners van de evolutionaire werelden zichtbaar maken, en dit doen zij ook. De belangrijkste reden om sterfelijke opklimmenden mee te brengen van de hoofdwereld van het stelsel als deel van de staf van de Planetaire Vorst is dat de communicatie met de bewoners van dit gebied aldus wordt vergemakkelijkt.


◄ 50:1
 
50:3 ►