◄ 33:2
Verhandeling 33
33:4 ►

Het bestuur van het Plaatselijk Universum

3. De Universum-Zoon en -Geest

33:3.1

Ofschoon de Oneindige Geest alle universa in tijd en ruimte doordringt, functioneert hij vanuit het hoofdkwartier van ieder plaatselijk universum als een gespecialiseerde focalisering die volle persoonlijkheidseigenschappen verkrijgt door de techniek van creatieve samenwerking met de Schepper-Zoon. Wat een plaatselijk universum aangaat, is het bestuurlijke gezag van een Schepper-Zoon het oppergezag; de Oneindige Geest is, als Goddelijke Hulp en Bijstand, geheel coöperatief ofschoon volmaakt gelijkwaardig aan hem.

33:3.2

De Universum-Moeder-Geest van Salvington, de partner van Michael in de beheersing en het bestuur van Nebadon, behoort tot de zesde groep van Allerhoogste Geesten en is de 611.121 ste van deze orde. Zij bood aan om Michael te vergezellen toen hij ontslagen werd van zijn verplichtingen op het Paradijs en heeft sindsdien steeds samen met hem gefunctioneerd bij het scheppen en regeren van zijn universum.

33:3.3

De Meester-Schepper-Zoon is de persoonlijke soeverein over zijn universum, doch in alle details van het beheer van dat universum is de Universum-Geest zijn medebestuurder. Hoewel de Geest de Zoon immer erkent als soeverein en regeerder, kent de Zoon aan de Geest altijd een positie toe van gelijke rang als hijzelf en van gelijk gezag inzake alle aangelegenheden van hun gebied. In al zijn arbeid van het schenken van liefde en leven wordt de Schepper-Zoon altijd en steeds op volmaakte wijze gesteund en bekwaam geholpen door de alwijze, immer getrouwe Universum-Geest en door heel haar veelsoortige gevolg van engel-persoonlijkheden. Zulk een Goddelijke Hulp en Bijstand is in werkelijkheid de moeder van geesten en geest-persoonlijkheden, de immer aanwezige, alwijze adviseur van de Schepper-Zoon, een getrouwe, ware manifestatie van de Oneindige Geest op het Paradijs.

33:3.4

De Zoon functioneert als een vader in zijn plaatselijk universum. Zoals sterfelijke schepselen wel kunnen begrijpen, treedt de Geest op in de rol van moeder, altijd bijstand verlenend aan de Zoon en eeuwig onmisbaar voor het bestuur van het universum. Wanneer geconfronteerd met opstand, kunnen alleen de Zoon en zijn mede-Zonen optreden als verlossers. De Geest kan nooit de strijd tegen rebellie of de verdediging van het gezag op zich nemen, doch de Geest ondersteunt immer de Zoon in alle dingen die hij moet ervaren bij zijn inspanningen om zijn regering te stabiliseren en het gezag te handhaven op werelden die besmet zijn met kwaad of overheerst worden door zonde. Alleen een Zoon kan hun gezamenlijke scheppingswerk terugwinnen, doch geen enkele Zoon kan verwachten daarin definitief te slagen zonder de onophoudelijke medewerking van de Goddelijke Hulp en Bijstand en haar enorme schare geest-helpsters, de dochters van God, die zich zo getrouw en heldhaftig inzetten voor het welzijn van de stervelingen en de glorie van hun goddelijke ouders.

33:3.5

Na de voltooiing van de zevende, laatste zelfschenking van de Schepper-Zoon als schepsel, komt er voor de Goddelijke Hulp en Bijstand een einde aan de onzekerheden van haar periodiek isolement, en wordt de Hulp en Bijstand van de Zoon in het universum voor immer bestendigd in zekerheid en beheersing. Bij de troonsbestijging van de Schepper-Zoon als Meester-Zoon, bij het jubelfeest der jubelfeesten, erkent de Universum-Geest ten overstaan van de verzamelde scharen voor het eerst openlijk en universeel haar ondergeschiktheid aan de Zoon en belooft zij plechtig trouw en gehoorzaamheid. In Nebadon vond deze gebeurtenis plaats ten tijde van de terugkeer van Michael naar Salvington, na de Urantia-zelfschenking. Vóór deze gedenkwaardige gebeurtenis erkende de Universum-Geest nimmer enige ondergeschiktheid aan de Universum-Zoon, en pas na deze vrijwillige afstand van macht en gezag door de Geest kon aangaande de Zoon naar waarheid worden verkondigd dat ‘alle macht in hemel en op aarde hem in handen zijn gegeven.’

33:3.6

Na deze plechtige gelofte van ondergeschiktheid van de Scheppende Moeder-Geest erkende Michael van Nebadon edelmoedig zijn eeuwige afhankelijkheid van zijn Geest-metgezellin, waarbij hij de Geest tot mederegeerder over de domeinen van zijn universum maakte en al hun schepselen vroeg dezelfde plechtige eed van trouw af te leggen aan de Geest die zij ook aan de Zoon hadden afgelegd. Hierop werd de uiteindelijke ‘Proclamatie van Gelijkheid’ afgekondigd. Ofschoon de Zoon de soeverein van dit plaatselijk universum was, verkondigde hij aan de werelden het feit dat de Geest in alle persoonlijkheidsgaven en goddelijke karaktereigenschappen zijn gelijke was. En dit wordt het transcendente patroon voor de familie-organisatie en het bestuur van zelfs de nederige schepselen op de werelden in de ruimte. Dit is, metterdaad en in waarheid, het hoge ideaal van het gezin en de menselijke instelling van het vrijwillige huwelijk.

33:3.7

De Zoon en de Geest leiden nu het universum, ongeveer zoals een vader en moeder waken over en zorgen voor hun gezin van zonen en dochters. Het is niet geheel misplaatst om de Universum-Geest te beschouwen als de scheppende partner van de Schepper-Zoon, en de schepselen van hun gebieden als hun zonen en dochters—een grootse, luisterrijke familie, maar een familie die ontelbare verantwoordelijkheden en eindeloze zorg en toezicht met zich meebrengt.

33:3.8

De Zoon geeft de aanzet tot het scheppen van bepaalde universum-kinderen, terwijl de Geest alléén verantwoordelijk is voor het ten aanzijn brengen van de talrijke orden geest-persoonlijkheden die volgens de aanwijzingen en onder leiding van deze zelfde Moeder-Geest helpen en dienen. Bij het scheppen van andere typen universum-persoonlijkheden functioneren de Zoon en de Geest tezamen, en bij geen enkele scheppingsdaad doet de een iets zonder de raad en goedkeuring van de ander.


◄ 33:2
 
33:4 ►