◄ Verhandeling 192
  Deel 4 ▲
Verhandeling 194 ►
Verhandeling 193

De laatste verschijningen en de hemelvaart

De verschijning in Sichar  •  De verschijning in Fenicië  •  De laatste verschijning in Jeruzalem  •  Oorzaken van de val van Judas  •  De hemelvaart van de Meester  •  Petrus roept een vergadering bijeen

DE zestiende morontia-verschijning van Jezus vond plaats op de binnenplaats van Nikodemus, op vrijdagavond, 5 mei, rond negen uur. Deze avond hadden de gelovigen in Jeruzalem voor het eerst sinds de opstanding een poging ondernomen om weer bijeen te komen. Op dit moment waren hier de elf apostelen, het vrouwenkorps en hun medewerkers verzameld, en ongeveer vijftig andere prominente discipelen van de Meester, waaronder een aantal van de Grieken. Dit gezelschap van gelovigen was reeds ruim een half uur informeel bijeengeweest, toen de morontia-Meester plotseling volledig zichtbaar verscheen en hen direct begon te onderrichten. Jezus sprak:

193:0.2

‘Vrede zij met u. Dit is wel de meest representatieve groep gelovigen—apostelen en discipelen, zowel mannen als vrouwen—waaraan ik sinds het ogenblik van mijn bevrijding van het vlees ben verschenen. Ik heb u, zoals ge zelf kunt getuigen, van tevoren gezegd dat mijn verblijf onder u ten einde moet komen: ik heb u gezegd dat ik weldra moet terugkeren naar de Vader. En toen heb ik u ook duidelijk verteld hoe de overpriesters en de oversten der Joden mij zouden overleveren om ter dood gebracht te worden, en dat ik uit het graf zou verrijzen. Waarom liet ge u dan zo in de war brengen toen dit alles gebeurde en waarom waart ge zo verrast toen ik op de derde dag uit het graf herrees? Ge kon mij niet geloven omdat ge mijn woorden aanhoorde zonder de betekenis ervan te begrijpen.

193:0.3

‘Nu dient ge goed te luisteren naar wat ik zeg, opdat ge niet opnieuw de fout begaat dat ge mijn onderricht aanhoort met uw hoofd, terwijl ge in uw hart de betekenis ervan niet begrijpt. Vanaf het begin van mijn verblijf hier, als een der uwen, heb ik u onderricht dat het mijn enige bedoeling was mijn Vader in de hemel te openbaren aan zijn kinderen op aarde. Ik heb de God-openbarende zelfschenking geleefd, zodat gij de Godkennende loopbaan zoudt mogen ervaren. Ik heb God geopenbaard als uw Vader in de hemel; ik heb u geopenbaard als de zonen van God op aarde. Het is een feit dat God u, zijn zonen, liefheeft. Door geloof in mijn woord wordt dit feit een eeuwige, levende waarheid in uw hart. Wanneer ge, door levend geloof, goddelijk Godbewust wordt, wordt ge vervolgens uit de geest geboren als kinderen van licht en leven, ja, het eeuwige leven waarmee ge zult opklimmen in het universum van universa en uiteindelijk zult beleven dat ge God de Vader vindt op het Paradijs.

193:0.4

‘Ik spoor u aan om steeds in gedachten te houden dat het uw missie is onder de mensen om het evangelie van het koninkrijk te verkondigen—de realiteit van het vaderschap van God en de waarheid van het zoonschap van de mens. Verkondig de hele waarheid van het goede nieuws, niet alleen een deel van het reddende evangelie. Uw boodschap wordt niet veranderd door mijn ervaring van de opstanding. Zoonschap bij God, door geloof, is nog steeds de reddende waarheid van het evangelie van het koninkrijk. Ge zult uitgaan om de liefde van God en de dienstbaarheid van de mens te prediken. Wat de wereld bovenal moet weten is dit: Mensen zijn zonen van God en door geloof kunnen zij deze veredelende waarheid daadwerkelijk beseffen en dagelijks ervaren. Mijn zelfschenking dient alle mensen te helpen weten dat zij kinderen van God zijn, maar deze wetenschap zal niet genoeg zijn, indien zij niet persoonlijk, door geloof, de reddende waarheid begrijpen dat zij de levende geest-zonen zijn van de eeuwige Vader. Het evangelie van het koninkrijk gaat over de liefde van de Vader en de dienstbaarheid van zijn kinderen op aarde.

193:0.5

‘Hier, onder elkaar, weet ge allen dat ik verrezen ben uit de dood, maar dat is niet vreemd. Ik heb de macht om mijn leven neer te leggen en het weer op te nemen; de Vader verleent zijn Paradijs-Zonen deze macht. Uw hart zou veeleer ontroerd moeten zijn door de wetenschap dat de doden van een heel tijdperk aan de eeuwige weg omhoog zijn begonnen, kort nadat ik het nieuwe graf van Jozef had verlaten. Ik heb mijn leven in het vlees geleid om te laten zien hoe gij, door liefdevol dienstbetoon, God-openbarend kunt worden voor uw medemens, zoals ik ook, door u lief te hebben en u te dienen, God-openbarend ben geworden voor u. Ik heb onder u geleefd als de Zoon des Mensen, opdat gij en alle andere mensen zouden mogen weten dat ge allen inderdaad zonen van God bent. Ga daarom nu uit in de gehele wereld en predikt dit evangelie van het koninkrijk des hemels aan alle mensen. Hebt alle mensen lief zoals ik u heb liefgehad; dient uw medestervelingen zoals ik u heb gediend. Om niet hebt ge ontvangen, geeft ook om niet. Blijft hier alleen in Jeruzalem terwijl ik naar de Vader ga, en totdat ik u de Geest van Waarheid zend. Hij zal u in de wijdere waarheid binnenleiden, en ik zal met u gaan, de ganse wereld in. Ik ben altijd met u, en mijn vrede laat ik u.’

193:0.6

Toen de Meester tot hen had gesproken, verdween hij uit hun gezicht. Het werd al bijna weer licht toen deze gelovigen uiteengingen; de gehele nacht waren ze bijeengebleven, hadden zij ernstig de aansporingen van de Meester besproken en alles overdacht wat hen was overkomen. Jakobus Zebedeüs en andere apostelen vertelden ook over hun ervaringen met de morontia-Meester in Galilea en verhaalden hoe hij drie keer aan hen was versche- nen.


 
 
193:1 ►
Het Urantia Boek