◄ 17:2
Verhandeling 17
17:4 ►

De zeven groepen Allerhoogste Geesten

3. De Reflectieve Geesten

17:3.1

De negenenveertig Reflectieve Geesten hebben hun oorsprong in de Triniteit, doch in elk van de zeven scheppingsepisoden ter gelegenheid van hun verschijning werd een type wezen voortgebracht dat in zijn natuur de kenmerken vertoonde van de Meester-Geest die medebetrokken was in zijn voortbrenging. Aldus reflecteren zij op verscheidene wijzen de natuur en het karakter van de zeven mogelijke combinaties van de verbinding van de goddelijkheidskenmerken van de Universele Vader, de Eeuwige Zoon en de Oneindige Geest. Om deze reden is het nodig om zeven van deze Reflectieve Geesten op het hoofdkwartier van ieder superuniversum te hebben. Eén van elk der zeven typen is nodig om de volmaakte reflectie tot stand te brengen van alle fasen van de verschijnselen van iedere mogelijke manifestatie van de drie Paradijs-Godheden, zoals deze zich kunnen voordoen in ieder deel van de zeven superuniversa. Dienovereenkomstig werd één van elk type aangewezen om in elk der superuniversa dienst te doen. Deze groepen van zeven ongelijke Reflectieve Geesten hebben hun hoofdkwartier op de hoofdwerelden van de superuniversa op het reflectiviteitsmiddelpunt van elk gebied, en dit is niet identiek met het punt van de geestelijke pool.

17:3.2

De Reflectieve Geesten hebben namen, doch deze aanduidingen worden niet geopenbaard op de werelden in de ruimte. Zij hebben betrekking op de aard en het karakter van deze wezens en vormen een onderdeel van een van de zeven universele mysteries van de geheime werelden van het Paradijs.

17:3.3

De eigenschap der reflectiviteit, het verschijnsel dat zich voordoet op de bewustzijnsniveaus van de Vereend Handelende Geest, de Allerhoogste en de Meester-Geesten, is overdraagbaar op alle wezens die betrokken zijn bij de werking van dit geweldige systeem der universele inlichtingendienst. En hierin schuilt een groot mysterie, want noch de Meester-Geesten, noch de Godheden van het Paradijs vertonen afzonderlijk of collectief de vermogens tot coördine-rende universele reflectiviteit die juist worden gemanifesteerd in deze negenenveertig verbindingspersoonlijkheden van Majeston, en toch zijn zij de scheppers van al deze wonderbaarlijk begaafde wezens. Inderdaad onthult goddelijke erfelijkheid in het schepsel soms bepaalde eigenschappen die niet ontwaard kunnen worden in de Schepper.

17:3.4

Met uitzondering van Majeston en de Reflectieve Geesten, zijn allen die in de reflectiviteitsdienst werkzaam zijn, schepselen van de Oneindige Geest en van diens rechtstreekse medewerkers en ondergeschikten. De Reflectieve Geesten van ieder superuniversum zijn de scheppers van hun Reflectieve Beeld-Adjudanten, hun persoonlijke stemmen in de rechtscolleges van de Ouden der Dagen.

17:3.5

De Reflectieve Geesten zijn niet slechts tussenpersonen voor het doorgeven van inlichtingen; zij zijn ook persoonlijkheden met een sterk geheugen. Hun nakomelingen, de seconafijnen, zijn ook persoonlijkheden die onthouden en registreren. Alles van ware geestelijke waarde wordt in tweevoud geregistreerd, en één impressie wordt bewaard in de persoonlijke uitrusting van een lid van een der talrijke orden secorafijnse persoonlijkheden die deel uitmaken van de enorme staf van de Reflectieve Geesten.

17:3.6

De formele verslagen van de universa worden naar boven doorgegeven door en via de rapporterende engelen, doch de echte geestelijke verslagen worden bijeengebracht door middel van de reflectiviteit en bewaard in het bewustzijn van geschikte en passende persoonlijkheden die behoren tot de familie van de Oneindige Geest. Dit zijn de levende verslagen in tegenstelling tot de formele, dode verslagen van het universum, en zij worden volmaakt bewaard in het levende bewustzijn van de rapporterende persoonlijkheden van de Oneindige Geest.

17:3.7

De reflectiviteitsorganisatie is ook het mechanisme dat het nieuws verzamelt en verordeningen bekend maakt in de ganse schepping. Deze organisatie is voortdurend in bedrijf, in tegenstelling tot de verschillende omroepdiensten die periodiek functioneren.

17:3.8

Alle belangrijke zaken die zich in het hoofdkwartier van een plaatselijk universum afspelen, worden krachtens hun aard gereflecteerd naar de hoofdwereld van het betrokken superuniversum. Omgekeerd wordt ook alles wat van belang is voor de plaatselijke universa vanuit het hoofdkwartier van het betrokken superuniversum naar buiten gereflecteerd naar de hoofdwerelden van de plaatselijke universa. De reflectiviteitsdienst, van de universa in de tijd tot en met de superuniversa, lijkt automatisch of vanzelf te werken, doch dit is niet het geval. Het is alles zeer persoonlijk en intelligent; de nauwkeurigheid ervan is het resultaat van de volmaakte samenwerking van persoonlijkheden en kan daarom moeilijk worden toegeschreven aan de onpersoonlijke presentie-verrichtingen van de Absoluten.

17:3.9

Hoewel de Gedachtenrichters niet participeren in de werking van het universele reflectiviteitssysteem, hebben wij alle reden om te geloven dat alle Vader-fragmenten volledig op de hoogte zijn van deze verrichtingen en in staat zijn de inhoud ervan te gebruiken.

17:3.10

In het huidige universum-tijdperk lijkt het ruimtebereik van de reflectiviteitsdienst buiten het Paradijs begrensd te zijn door de omtrek van de zeven superuniversa. Voor het overige lijkt de werking van deze dienst onafhankelijk te zijn van tijd en ruimte. Zij schijnt onafhankelijk te zijn van alle bekende subabsolute circuits in het universum.

17:3.11

Op het hoofdkwartier van ieder superuniversum werkt de reflectieve organisatie als een afzonderlijke eenheid. Bij speciale gelegenheden echter, onder leiding van Majeston, kunnen alle zeven organisaties in universele eendracht optreden, en doen zij dit ook, zoals bij het jubelfeest ter gelegenheid van de bestendiging van een heel plaatselijk universum in licht en leven, en ten tijde van de begroetingen door de Zeven Allerhoogste Bestuurders die iedere duizend jaar plaatsvinden.


◄ 17:2
 
17:4 ►