◄ 16:4
Verhandeling 16
16:6 ►

De zeven Meester-Geesten

5. Hun betrekking tot schepselen

16:5.1

Ieder segment van het groot universum, ieder afzonderlijk universum en iedere wereld, geniet de weldaden van de verenigde raadgevingen en wijsheid van alle Zeven Meester-Geesten, doch ontvangt de persoonlijke stempel en kleur van slechts één Meester-Geest. En de persoonlijke natuur van iedere Meester-Geest doordringt geheel zijn superuniversum en bepaalt het op een unieke wijze.

16:5.2

Door deze persoonlijke invloed van de Zeven Meester-Geesten moet ieder schepsel van iedere orde der verstandelijke wezens buiten het Paradijs en Havona het karakteristieke stempel van individualiteit dragen dat wijst op de ancestrale natuur van één van deze Zeven Paradijs-Geesten. Wat betreft de zeven superuniversa zal ieder schepsel, mens of engel, dat daar geboren is, voor altijd dit kenteken dragen waarmee zijn afkomst kan worden geïdentificeerd.

16:5.3

De Zeven Meester-Geesten dringen niet rechtstreeks door in het materiële bewustzijn van de individuele schepselen op de evolutionaire werelden in de ruimte. De stervelingen van Urantia ervaren niet de persoonlijke aanwezigheid van de bewustzijns- en geestesinvloed van de Meester-Geest van Orvonton. Indien deze Meester-Geest toch enig contact bereikt met het individuele bewustzijn van stervelingen gedurende de eerste evolutionaire tijdperken van een bewoonde wereld, dan moet dit plaatsvinden door het dienstbetoon van de Scheppende Geest van het plaatselijk universum, de gade en medewerkster van de Schepper-Zoon van God die waakt over de bestemmingen van iedere plaatselijke schepping. Doch deze zelfde Scheppende Moeder-Geest is, qua natuur en karakter, geheel gelijk aan de Meester-Geest van Orvonton.

16:5.4

Het fysische stempel van een Meester-Geest is een onderdeel van ’s mensen materiële oorsprong. De mens doorloopt de gehele morontia-loopbaan onder de voortdurende invloed van diezelfde Meester-Geest. Het is niet te verwonderen dat het karakteristieke stempel van deze toezichthoudende Geest door de latere geest-loopbaan van zulk een opklimmende sterveling nimmer geheel wordt uitgewist. De indruk van het stempel van een Meester-Geest is fundamenteel voor de bestaansvorm zelve van iedere fase der sterfelijke opklimming naar Havona.

16:5.5

De onderscheidende persoonlijkheidsneigingen die in de levenservaring van evolutionaire stervelingen aan de dag gelegd worden en karakeristiek zijn voor ieder superuniversum en rechtstreeks de natuur van de dominante Meester-Geest tot uitdrukking brengen, worden nooit volledig uitgewist, zelfs niet wanneer deze opklimmende wezens de langdurige opleiding en unificerende discipline hebben doorgemaakt waarmee zij op het miljard vormingswerelden van Havona te maken krijgen. Zelfs de daarop volgende intensieve cultuur van het Paradijs is niet voldoende om de kentekenen van het superuniversum van oorsprong uit te roeien. Tot in alle eeuwigheid zal een opklimmende sterveling trekken blijven vertonen die duiden op de leidende Geest van het superuniversum van zijn oorsprong. Zelfs wanneer het in het Korps der Volkomenheid wenselijk is om tot een volledige Triniteitsverhouding tot de evolutionaire schepping te komen of deze af te schilderen, wordt er altijd een groep van zeven volkomenen bijeen gebracht, één uit ieder superuniversum.


◄ 16:4
 
16:6 ►