◄ 14:4
Verhandeling 14
14:6 ►

Het Centrale, Goddelijke Universum

5. Het leven in Havona

14:5.1

Op Urantia maakt ge een korte doch intensieve toetsing door tijdens uw aanvangsleven in het materiële bestaan. Op de woningwerelden en verder omhoog in uw stelsel, constellatie en plaatselijk universum, doorloopt ge de morontia-fasen van de opklimming. Op de opleidingswerelden van het superuniversum doorloopt ge de ware geest-stadia van progressie en wordt ge voorbereid op de uiteindelijke overgang naar Havona. Op de zeven circuits van Havona zijn uw vorderingen verstandelijk, geestelijk en experiëntieel. En op iedere wereld van elk van deze circuits moet een zeer bepaalde taak worden volbracht.

14:5.2

Het leven op de goddelijke werelden van het centrale universum is zo rijk en vol, zo compleet en vervuld, dat het de menselijke voorstelling van wat een geschapen wezen zou kunnen ervaren, verre overtreft. De sociale en economische activiteiten van deze eeuwige schepping zijn geheel verschillend van de bezigheden van de materiële schepselen die op evolutionaire werelden zoals Urantia wonen. Zelfs de techniek van het denken op Havona is anders dan het denkproces op Urantia.

14:5.3

De regels in het centrale universum zijn passend en inherent natuurlijk; de gedragsregels zijn niet willekeurig. In alles wat in Havona wordt vereist, onthult zich de rede van rechtvaardigheid en de heerschappij van gerechtigheid. De combinatie van deze twee factoren staat gelijk met wat op Urantia eerlijkheid en billijkheid zou worden genoemd. Wanneer ge in Havona aankomt, zult ge van nature de dingen graag doen zoals ze gedaan behoren te worden.

14:5.4

Wanneer intelligente wezens het centrale universum voor de eerste keer bereiken, worden zij ontvangen en gehuisvest op de loodswereld van het zevende Havona-circuit. Wanneer de nieuw aangekomenen geestelijke vooruitgang boeken, de identiteit van de Meester-Geest van hun superuniversum gaan verstaan, worden zij overgeplaatst naar de zesde cirkel. (Naar het voorbeeld van deze regelingen in het centrale universum zijn ook de cirkelgangen van vooruitgang in het menselijk bewustzijn zo genoemd.) Wanneer opklimmenden een besef van het Allerhoogst Bewind hebben bereikt en daardoor gereed zijn voor het Godheidsavontuur, worden zij naar het vijfde circuit gebracht; na het bereiken van de Oneindige Geest worden zij overgebracht naar het vierde circuit. Na hun bereiken van de Eeuwige Zoon worden zij naar het derde overgeplaatst, en wanneer zij de Universele Vader hebben herkend, vertrekken zij naar het tweede circuit van werelden, waar zij meer vertrouwd raken met de heerscharen van het Paradijs. Hun aankomst op het eerste circuit van Havona betekent dat de kandidaten uit de tijd zijn toegelaten tot de dienst van het Paradijs. Voor onbepaalde tijd, naargelang de duur en de aard van hun opklimming als schepsel, zullen zij blijven vertoeven op het binnenste circuit, waar zij verdere geestelijke vorderingen maken. Vanuit dit binnenste circuit reizen de opklimmende pelgrims binnenwaarts om domicilie op het Paradijs te verkrijgen en toegelaten te worden tot het Korps der Volkomenheid.

14:5.5

Gedurende uw verblijf in Havona als pelgrim in opklimming, moogt ge vrijelijk de werelden bezoeken van het circuit waar ge zijt geplaatst. Het zal u ook zijn toegestaan om terug te keren naar de planeten die behoren tot de circuits die ge reeds hebt doorlopen. En voor hen die in de cirkels van Havona verblijven, is dit alles mogelijk zonder de noodzaak om door supernafijnen te worden overgebracht. De pelgrims uit de tijd zijn in staat zichzelf toe te rusten om door de ruimte te gaan die door hen ‘verworven’ is, maar zij moeten zich verlaten op de verordineerde techniek om door ‘niet verworven’ ruimte te reizen; een pelgrim kan zonder de hulp van een transport-supernafijn Havona niet verlaten of verder gaan dan het hem toegewezen circuit.

14:5.6

Deze ontzaglijke centrale schepping is van een verkwikkende oorspronkelijkheid. Afgezien van de fysische organisatie der materie en de fundamentele samenstelling van de hoofdorden van intelligente wezens en andere levensvormen, hebben de werelden van Havona niets met elkaar gemeen. Elk van deze planeten is een oorspronkelijke, unieke en exclusieve schepping: iedere planeet is voortgebracht als een weergaloos, groots, volmaakt geheel. En deze diversiteit van individualiteit strekt zich uit tot in alle onderdelen van de fysische, verstandelijke en geestelijke aspecten van het planetaire bestaan. Elk van deze miljard werelden van volmaaktheid is ontwikkeld en verfraaid volgens de plannen van de aldaar residerende Eeuwige der Dagen. En dit is de reden waarom geen twee werelden aan elkaar gelijk zijn.

14:5.7

Pas wanneer ge het laatste Havona-circuit doorloopt en de laatste Havona-wereld bezoekt, zal het tonicum van avontuur en de stimulans der nieuwsgierigheid uit uw loopbaan verdwijnen. En dan zal de drang, de voorwaartse impuls der eeuwigheid, de plaats innemen van haar voorloper, de verlokking tot avontuur in de tijd.

14:5.8

Eentonigheid duidt op onrijpheid van de scheppende verbeelding en inactiviteit van de verstandelijke coördinatie met de geestelijke gave. Tegen de tijd dat een opgaande sterveling deze hemelse werelden begint te verkennen, heeft hij reeds emotionele, verstandelijke, sociale, zoal niet geestelijke rijpheid verworven.

14:5.9

Niet alleen zult ge bij uw voortgang door Havona van het ene circuit naar het volgende voor veranderingen komen te staan waarvan ge nooit had kunnen dromen, maar ge zult ook sprakeloos zijn van verbazing wanneer ge binnen ieder circuit van planeet tot planeet verder gaat. Elk van deze miljard studiewerelden is een ware universiteit van verrassingen. Voortdurende verbazing en niet aflatende verwondering is wat degenen die deze circuits doorlopen en langs deze gigantische werelden reizen, ervaren. Eentonigheid is geen onderdeel van de loopbaan door Havona.

14:5.10

De lust tot avontuur, nieuwsgierigheid en de vrees voor eentonigheid—deze trekken die eigen zijn aan de evoluerende menselijke natuur—zijn daar niet zo maar ingelegd om het u tijdens uw korte verblijf op aarde moeilijk te maken en u te ergeren, doch veeleer om u in te fluisteren dat de dood slechts het begin is van een eindeloze loopbaan van avontuur, een eeuwig leven vol verwachting, een eeuwige ontdekkingsreis.

14:5.11

Nieuwsgierigheid—de geest van onderzoek, de drang tot ontdekking, de zucht tot verkenning—is een onderdeel van de aangeboren, goddelijke begiftiging van de evolutionaire schepselen in de ruimte. Deze natuurlijke impulsen zijn u niet geschonken om alleen maar gefrustreerd en onderdrukt te worden. Weliswaar moeten deze ambitieuze neigingen gedurende uw korte leven op aarde dikwijls beteugeld worden, ge moet vaak teleurstelling ervaren, doch zij zullen ten volle verwezenlijkt en heerlijk bevredigd worden in de lange eeuwen die nog voor u liggen.


◄ 14:4
 
14:6 ►