◄ 121:0
Verhandeling 121
121:2 ►

De tijd van de zelfschenking van Michael

1. Het Westen in de eerste eeuw na Christus

121:1.1

Jezus kwam niet naar deze wereld tijdens een eeuw van geestelijke decadentie: ten tijde van zijn geboorte onderging Urantia een opleving van geestelijk denken en religieus leven zoals in de gehele voorgaande geschiedenis na Adam niet was voorgekomen, noch in enig tijdvak nadien. Toen Michael incarneerde op Urantia, heerste er op de wereld een gunstiger toestand voor de zelfschenking van de Schepper-Zoon dan zich ooit eerder had voorgedaan of later is voorgekomen. In de eeuwen die juist aan deze voorafgingen, hadden de Griekse cultuur en de Griekse taal zich door het Westen en het Nabije Oosten verbreid, en de Joden, een Levantijns ras dat gedeeltelijk westers en gedeeltelijk oosters van natuur was, waren uitmuntend toegerust om gebruik te maken van deze culturele en linguistische omstandigheden zowel in het Oosten als in het Westen doeltreffend een nieuwe religie te kunnen verbreiden. Deze hoogst gunstige omstandigheden werden nog verder geaccentueerd door het tolerante politieke bestuur van de Mediterrane wereld door de Romeinen.

121:1.2

Dit gehele samenstel van invloeden die in de wereld werkzaam waren, treedt duidelijk aan de dag in de activiteiten van Paulus, een Hebreeër onder de Hebreeërs wat betreft zijn religieuze cultuur, die het evangelie van een Joodse Messias verkondigde in de Griekse taal, terwijl hij een Romeins burger was.

121:1.3

Een beschaving zoals die ten tijde van Jezus bestond, is in het Westen voor noch na die tijd voorgekomen. De Europese beschaving werd verenigd en gecoördineerd door een bijzondere drievoudige invloed:

121:1.4

1. het Romeinse politieke en sociale bestel;

121:1.5

2. de Griekse taal en cultuur—en tot op zekere hoogte de filosofie;

121:1.6

3. de zich snel verbreidende invloed van Joodse religieuze en morele leringen.

121:1.7

Toen Jezus werd geboren, was de gehele Mediterrane wereld een verenigd rijk. Voor de eerste keer in de geschiedenis van de wereld waren vele belangrijke centra met elkaar verbonden door goede wegen. De zeeën waren gezuiverd van piraten en een groot tijdvak van verkeer en handel maakte rasse voortgang. Zo’n periode van reizen en handel zou Europa eerst in de negentiende eeuw na Christus weer beleven.

121:1.8

Ondanks de interne vrede en de uiterlijke welvaart van de Grieks-Romeinse wereld, leidde de meerderheid van de inwoners van het rijk een kwijnend bestaan in ellende en armoede. De kleine bovenklasse was rijk, maar een erbarmelijke, verarmde onderklasse vormde het overgrote deel der bevolking. Er bestond geen gelukkige en welvarende middenklasse in die dagen: deze begon nog maar net op te komen in de Romeinse samenleving.

121:1.9

De eerste worstelingen tussen de zich uitbreidende Romeinse en Parthische staten waren in het toen nog recente verleden beëindigd, waarbij Syrië in de handen der Romeinen was gekomen. Ten tijde van Jezus beleefden Palestina en Syrië een periode van welvaart, betrekkelijke vrede, en uitgebreid handelsverkeer met zowel de landen in het Oosten als die in het Westen.


◄ 121:0
 
121:2 ►