◄ 76:0
Verhandeling 76
76:2 ►

De Tweede Hof

1. De Edenieten trekken Mesopotamië binnen

76:1.1

Het duurde bijna een heel jaar voordat de karavaan van Adam de de rivier de Eufraat had bereikt. Omdat zij de rivier bij hoge waterstand aantroffen, bleven ze bijna zes weken kamperen op de vlakten ten westen van de rivier, voordat zij konden oversteken naar het land tusssen de rivieren dat de tweede hof zou worden.

76:1.2

Toen de inwoners in het land van de tweede hof hoorden dat de koning en hogepriester van de Hof van Eden tegen hen oprukten, waren zij haastig naar de bergen in het oosten gevlucht. Adam trof het gehele door hem gewenste gebied ontruimd aan toen hij arriveerde. En hier, op deze nieuwe plek, gingen Adam en zijn helpers aan het werk om nieuwe huizen te bouwen en een nieuw centrum van cultuur en religie te stichten.

76:1.3

Deze plek was Adam bekend als een van de drie oorspronkelijke keuzen van de commissie die mogelijke plaatsen had moeten zoeken voor de Hof die Van en Amadon hadden voorgesteld te bouwen. De twee rivieren zelf vormden een goede natuurlijke verdediging in die dagen, en niet ver ten noorden van de tweede hof kwamen de Eufraat en Tigris dicht bij elkaar, zodat er een verdedigingsmuur van negentig kilometer kon worden gebouw om het territorium ten zuiden daarvan en tussen de rivieren te beschermen.

76:1.4

Toen men zich in het nieuwe Eden had gevestigd, werd het noodzakelijk om primitieve leefgewoonten aan te nemen: het leek volkomen waar dat de aarde was vervloekt. De natuur volgde opnieuw haar loop. Nu werden de Adamieten gedwongen hun brood te ontworstelen aan een onvoorbereide bodem en het hoofd te bieden aan de realiteiten van het leven in een confrontatie met de natuurlijke vijandigheden en strijdigheden in het sterfelijke bestaan. De eerste hof werd ten dele voor hen in gereedheid gebracht, maar de tweede moest worden aangelegd door de arbeid van hun eigen handen en in het ‘zweet huns aanschijns.’


◄ 76:0
 
76:2 ►