◄ 75:3
Verhandeling 75
75:5 ►

De nalatigheid van Adam en Eva

4. Het besef van de nalatigheid

75:4.1

De hemelse wezens op de planeet waren in beroering. Adam merkte dat er iets verkeerd was en nam Eva in de Hof terzijde. En nu hoorde Adam voor het eerst het hele verhaal van het lang gekoesterde plan om de verbetering van de wereld te versnellen door tegelijkertijd in twee richtingen te werk te gaan: de volvoering van het goddelijk plan tegelijk met de uitvoering van de gedurfde onderneming van Serapatatia.

75:4.2

En toen de Materiële Zoon en Dochter zo met elkaar spraken in de door de maan verlichte Hof, verweet ‘de stem in de Hof’ hun ongehoorzaamheid. Die stem was geen andere dan mijn eigen aankondiging aan het paar van Eden dat zij het verbond van de Hof hadden geschonden; dat zij ongehoorzaam waren geweest aan de voorschriften van de Melchizedeks; dat zij hadden nagelaten zich te houden aan hun eed van trouw aan de soeverein van het universum.

75:4.3

Eva had erin toegestemd deel te nemen aan het doen van goed en kwaad. Goed is het uitvoeren van de goddelijke plannen; zonde is een weloverwogen overtreding van de goddelijke wil; kwaad is de verkeerde adaptatie van plannen en de verkeerde toepassing van technieken, die uitlopen op disharmonie in het universum en op planetaire verwarring.

75:4.4

Iedere keer dat het paar in de Hof van de vrucht van de boom des levens had gegeten, waren zij gewaarschuwd door de aartsengel die de struik bewaakte, om niet toe te geven aan de suggesties van Caligastia om goed en kwaad te combineren. Zij waren gewaarschuwd met de woorden: ‘Ten dage dat ge goed en kwaad door elkaar mengt zult ge zeker als de stervelingen van de wereld worden; ge zult zekerlijk sterven.’

75:4.5

Eva had bij de noodlottige gelegenheid van hun geheime ontmoeting Kano over deze vaak herhaalde waarschuwing gesproken, maar Kano, die het belang of de betekenis van een dergelijke waarschuwing niet inzag, had haar verzekerd dat mannen en vrouwen met goede beweegredenen en oprechte intenties geen kwaad konden doen; dat zij zeker niet zou sterven maar veeleer opnieuw zou leven in de persoon van hun nakomeling, die tot zegen van de wereld zou opgroeien en de wereld stabiliteit zou verlenen.

75:4.6

Ook al was dit project om het goddelijke plan te wijzigen in volkomen oprechtheid bedacht en alleen met de beste beweegredenen ten aanzien van het welzijn van de wereld uitgevoerd, was het kwaad, omdat het de verkeerde manier vormde om rechtvaardige doeleinden te bereiken, omdat het afweek van de juiste weg, het goddelijke plan.

75:4.7

Wel is waar dat Eva had gevonden dat Kano er aantrekkelijk uitzag, en zij ervoer alles wat haar verleider haar had beloofd aan ‘nieuwe, grotere kennis van de menselijke aangelegenheden en een helderder begrip van de menselijke natuur als aanvulling op het bevattingsvermogen van de Adamische natuur.’

75:4.8

Ik sprak die avond in de Hof met de vader en moeder van het violette ras, hetgeen mijn plicht was geworden onder deze treurige omstandigheden. Ik luisterde naar het hele relaas van alles wat geleid had tot de nalatigheid van Moeder Eva en gaf hen beiden advies en raad inzake de situatie van het moment. Ten dele volgden zij deze adviezen op, ten dele sloegen zij ze in de wind. Dit gesprek staat in uw geschriften vermeld als ‘de Here God die in de Hof Adam en Eva roept en vraagt “Waar zijt gij”’? Het was de gewoonte van latere generaties om alles wat ongebruikelijk en buitengewoon was, of het nu van natuurlijke of geestelijke aard was, rechtstreeks toe te schrijven aan de persoonlijke tussenkomst van de Goden.


◄ 75:3
 
75:5 ►