◄ 41:8
Verhandeling 41
41:10 ►

Fysische aspecten van het Plaatselijk Universum

9. De stabiliteit van zonnen

41:9.1

De grotere zonnen behouden een zodanige zwaartekracht-controle over hun elektronen, dat licht alleen met behulp van de krachtige röntgenstralen kan ontsnappen. Deze hulpstralen doordringen de gehele ruimte en spelen een rol bij het in stand houden van de fundamentele ultimatonische energieverbanden. De grote energieverliezen in de beginperiode van een zon wanneer hij de maximumtemperatuur—meer dan 19.500.000 graden—heeft bereikt, worden niet zozeer veroorzaakt door het ontsnappen van licht, als wel door het weglekken van ultimatonen. Deze ultimatonische energieën vluchten de ruimte in, waar zij beginnen aan het avontuur van elektronische associatie en materialisatie van energie, als een ware energie-explosie tijdens de adolescentie van een zon.

41:9.2

Atomen en elektronen zijn onderhevig aan zwaartekracht. De ultimatonen zijn niet onderhevig aan de plaatselijke zwaartekracht, de interactie van materiële aantrekking, maar zij gehoorzamen volledig aan de absolute, of Paradijs-zwaartekracht, aan de richting, de rondloop, van de universele, eeuwige cirkel van het universum van universa. Ultimatonische energie gehoorzaamt niet aan de lineaire of directe zwaartekracht-aantrekking van nabije of afgelegen materiële massa’s, maar beweegt zich wel steeds in het circuit van de grote ellips van de wijdverbreide schepping.

41:9.3

Uw eigen zonnecentrum straalt jaarlijks bijna honderd miljard ton werkelijke materie uit, terwijl de reuzenzonnen gedurende hun eerste groeiperiode, de eerste miljard jaar, gigantische hoeveelheden materie verliezen. Het leven van een zon wordt stabiel wanneer de maximale inwendige temperatuur is bereikt en de subatomische energieën beginnen vrij te komen. En precies op dit kritische punt gaan de grotere zonnen gewoonlijk met grote schokken pulseren.

41:9.4

De stabiliteit van een zon is geheel afhankelijk van evenwicht in de strijd tussen zwaartekracht en hitte—een geweldige druk die een tegenwicht vormt voor onvoorstelbaar hoge temperaturen. De inwendige gas-elasticiteit van de zonnen ondersteunt de bovenliggende lagen van uiteenlopende materialen, en wanneer de zwaartekracht en de hitte in evenwicht zijn, evenaart het gewicht van de buitenste materialen precies de druk van de temperatuur van de onderliggende, inwendige gassen. In vele jongere sterren worden door de voortdurende zwaartekracht-condensatie steeds hogere inwendige temperaturen geproduceerd, en bij het oplopen van de inwendige hitte wordt de inwendige druk van de röntgenstraling van de winden van supergassen zó groot, dat een zon, in verband met de middelpuntvliedende beweging, haar buitenste lagen in de ruimte begint af te werpen om zo het gebrek aan evenwicht tussen zwaartekracht en hitte te herstellen.

41:9.5

Uw eigen zon heeft reeds lang een relatief evenwicht bereikt tussen haar cycli van uitzetting en samentrekking, de verstoringen die de gigantische pulsaties van vele jongere sterren teweegbrengen. Uw zon is nu zes miljard jaar oud. Zij beleeft nu de periode waarin zij met de grootste economie functioneert. Zij zal nog meer dan vijfentwintig miljard jaar met haar huidige rendement blijven schijnen. Vermoedelijk zal zij een gedeeltelijk werkzame periode van verval doormaken, die even lang zal zijn als de periode van haar jeugd en die van haar gestabiliseerd functioneren samen.


◄ 41:8
 
41:10 ►