De voltooide verwezenlijking van alle eindige potentialiteiten staat gelijk aan de voltooiing van de verwezenlijking van alle evolutionaire ervaring. Dit suggereert het finale tevoorschijn treden van de Allerhoogste als een almachtige Godheidstegenwoordigheid in de universa. Wij geloven dat de Allerhoogste in dit stadium van zijn ontwikkeling even duidelijk gepersonaliseerd zal zijn als de Eeuwige Zoon, even concreet tot kracht zal zijn geworden als het Paradijs-Eiland en even volledig verenigd zal zijn als de Vereend Handelende Geest, en dit alles binnen de beperkingen van de eindige mogelijkheden van het Allerhoogst bewind bij de culminatie van het huidige universum-tijdperk.
Hoewel dit een geheel correcte voorstelling is van de toekomst van de Allerhoogste, zouden wij toch uw aandacht willen vragen voor bepaalde problemen die inherent zijn aan deze voorstelling:
1. De Ongekwalificeerde Supervisoren van de Allerhoogste kunnen eigenlijk niet tot godheid worden in enig stadium dat aan de voltooiing van zijn evolutie voorafgaat, en toch oefenen deze zelfde supervisoren op dit moment in gekwalificeerde zin de allerhoogste soevereiniteit uit met betrekking tot de universa die gevestigd zijn in licht en leven.
2. De Allerhoogste kan eigenlijk pas functioneren in de Ultieme Triniteit wanneer hij volledige actualiteit van universum-status heeft bereikt, en toch is de Ultieme Triniteit ook nu een gekwalificeerde werkelijkheid, en wij hebben u ingelicht inzake het bestaan van de Gekwalificeerde Vice-Regenten van de Ultieme.
3. De Allerhoogste is niet volledig werkelijk voor universum-schepselen, maar om vele redenen leiden wij af dat hij zeer reëel is voor de Zevenvoudige Godheid, van de Universele Vader op het Paradijs tot en met de Schepper-Zonen en Scheppende Geesten van de plaatselijke universa.
Het kan zijn dat er bij de bovenste grenzen van het eindige, waar de tijd zich aaneenvoegt aan de getranscendeerde tijd, een soort vervaging en vermenging van volgorde plaatsvindt. Misschien is de Allerhoogste in staat zijn universum-tegenwoordigheid te projecteren op deze boventijdse niveaus en dan in beperkte mate de toekomstige evolutie te anticiperen, door deze toekomstvoorspelling terug te reflecteren naar de geschapen niveaus als de Immanentie van het Geprojecteerde Onvolledige. Dergelijke verschijnselen kunnen overal worden waargenomen waar het eindige contact maakt met het boveneindige, zoals in de ervaring van mensen bij wie Gedachtenrichters inwonen, Richters die waarachtige voorspellingen zijn van ’s mensen toekomstige universum-verworvenheden die in alle eeuwigheid zullen bestaan.
Wanneer sterfelijke opklimmenden worden toegelaten tot het korps der volkomenen van het Paradijs, leggen zij een eed af ten overstaan van de Paradijs-Triniteit, en door het afleggen van deze eed van trouw verbinden zij zich tot eeuwige loyaliteit aan God de Allerhoogste, die de Triniteit is, zoals deze wordt begrepen door alle eindige schepsel-persoonlijkheden. Hierna zijn de compagnieën der volkomenen bij hun functioneren in alle evoluerende universa uitsluitend onderworpen aan de mandaten die van het Paradijs afkomstig zijn, tot de veelbewogen tijden van de bestendiging van plaatselijke universa in licht en leven. Wanneer de nieuwe regeringsorganisaties van deze vervolmaakte scheppingen de wordende soevereiniteit van de Allerhoogste beginnen te weerspiegelen, nemen wij waar dat de compagnieën van volkomenen die daarbuiten dienen, dan het bevoegd gezag van deze nieuwe regeringen erkennen. Het schijnt dat God de Allerhoogste bezig is te evolueren als de vereniger van de evolutionaire Korpsen der Volkomenheid, maar het is zeer waarschijnlijk dat de eeuwige bestemming van deze zeven korpsen onder leiding zal staan van de Allerhoogste als lid van de Ultieme Triniteit.
De Allerhoogste omvat drie boveneindige mogelijkheden tot manifestatie in het universum:
1. absoniete samenwerking binnen de eerste experiëntiële Triniteit;
2. co-absolute betrekkingen binnen de tweede experiëntiële Triniteit;
3. co-oneindige deelname in de Triniteit der Triniteiten, maar wij hebben geen voorstelling van hetgeen dit werkelijk betekent.
Dit is een van de algemeen aanvaarde hypothesen aangaande de toekomst van de Allerhoogste, maar er worden ook vele bespiegelingen gewijd aan zijn betrekkingen tot het huidige groot universum wanneer dit de status van licht en leven zal hebben bereikt.
Het huidige doel van de superuniversa is om, zoals zij zijn en binnen hun potentialiteiten, volmaakt te worden evenals Havona dat is. Deze volmaaktheid heeft betrekking op fysische en geestelijke verworvenheden, en op administratieve, goevernementele en broederlijke ontwikkeling. Wij geloven dat in de toekomende tijden de mogelijkheden tot disharmonie, onevenwichtigheid en onaangepastheid in de superuniversa tenslotte zullen zijn uitgeput. De energiecircuits zullen dan in volmaakt evenwicht zijn en volledig zijn onderworpen aan bewustzijn, terwijl geest, in de tegenwoordigheid van persoonlijkheid, de dominantie over bewustzijn zal hebben bereikt.
Wij veronderstellen dat in deze nog ver in de toekomst liggende tijd de geest-persoon van de Allerhoogste en de bereikte kracht van de Almachtige de coördinatie van hun beider ontwikkeling tot stand zullen hebben gebracht, en dat zij beiden, verenigd in en door het Allerhoogst Bewustzijn, tot feitelijk bestaan zullen komen als de Allerhoogste, een voltooide actualiteit in de universa—een actualiteit die voor alle geschapen intelligente wezens waarneembaar zal zijn, op wie gereageerd zal worden door alle geschapen energieën, die gecoördineerd zal zijn in alle geestelijke entiteiten, en die ervaren zal worden door alle persoonlijkheden in het universum.
Deze voorstelling impliceert de actuele soevereiniteit van de Allerhoogste in het groot universum. Het is zeer waarschijnlijk dat de huidige Triniteitsbestuurders zijn vice-regenten zullen blijven, maar wij geloven dat de huidige afbakeningen tussen de zeven superuniversa geleidelijk zullen verdwijnen, en dat het gehele groot universum als een vervolmaakt geheel zal functioneren.
Het is mogelijk dat de Allerhoogste dan persoonlijk zal resideren op Uversa, de hoofdwereld van Orvonton, van waaruit hij het bestuur van de scheppingen in de tijd zal leiden, maar dit is werkelijk alleen maar een gissing. Zeker is evenwel dat het mogelijk zal zijn duidelijk in contact te treden met de persoonlijkheid van de Allerhoogste op een specifieke plaats, ofschoon zijn alomaanwezige Godheidstegenwoordigheid waarschijnlijk het universum van universa zal blijven doordringen. Wat in dat tijdperk de betrekking van de burgers van de superuniversa tot de Allerhoogste zal zijn, weten wij niet, maar zij zou enigszins kunnen lijken op de huidige betrekking tussen de inwoners van Havona en de Paradijs-Triniteit.
Het vervolmaakte groot universum van die toekomstige tijden zal enorm verschillen van wat het nu is. De spannende avonturen bij het organiseren van de galactische stelsels in de ruimte, het planten van leven op de onzekere werelden in de tijd, en het evolueren van harmonie uit chaos, schoonheid uit potentialiteiten, waarheid uit betekenissen en goedheid uit waarden, dit alles zal voorbij zijn. De tijd-universa zullen de vervulling van hun eindige bestemming hebben bereikt! En misschien zal er ruimte zijn voor rust, ontspanning na de eeuwenlange worsteling om evolutionaire volmaaktheid. Maar niet lang! Vast en zeker, en onverbiddelijk, zal het enigma van de wordende Godheid van God de Ultieme deze vervolmaakte burgers van de bestendigde universa uitdagen, net zoals hun worstelende evolutionaire voorouders eens werden uitgedaagd door de zoektocht naar God de Allerhoogste. Het gordijn voor de kosmische bestemming zal opengaan om de transcendente grootsheid te onthullen van de aanlokkelijke absoniete zoektocht naar de Universele Vader op de nieuwe, hogere niveaus die worden geopenbaard in de ultieme ervaring van schepselen.
[Opgesteld onder verantwoordelijkheid van een Machtige Boodschapper die tijdelijk op Urantia verblijft.]
Nederlandse vertaling © Stichting Urantia. Alle rechten voorbehouden.