◄ 77:5
Verhandeling 77
77:7 ►

De Middenwezens

6. De secundaire middenwezens

77:6.1

Terwijl de primaire middenwezens een bijna bovenmenselijke oorsprong hadden, stamt de secundaire orde van het zuiver Adamische geslacht, verenigd met een tot mens geworden nazaat van dezelfde voorouders als het oudere korps.

77:6.2

Onder de kinderen van Adamszoon waren maar zestien die de bijzondere voorzaten werden van de secundaire middenwezens. Deze unieke kinderen waren gelijk verdeeld wat geslacht betreft, en ieder paar was in staat iedere zeventig dagen een secundair middenwezen voort te brengen door een gecombineerde techniek van seksuele en niet-seksuele verbintenis. Dit verschijnsel was voor die tijd nooit mogelijk geweest op aarde, en sindsdien heeft het ook nooit meer plaatsgevonden.

77:6.3

Deze zestien kinderen leefden en stierven als stervelingen van deze wereld (behalve wat betreft hun eigenaardige eigenschappen), doch hun elektrisch geactiveerde nageslacht leeft nog steeds voort en is niet aan de beperkingen van het sterfelijk vlees onderworpen.

77:6.4

Elk van de acht paren bracht tenslotte 248 middenwezens voort en zo kwam het oorspronkelijke secundaire korps—ten getale van 1984—tot aanzijn. Er zijn acht subgroepen van deze secundaire middenwezens. Zij worden aangeduid als A-B-C de eerste, de tweede, de derde, enzovoort. En dan komen D-E-F de eerste, de tweede, enzovoort.

77:6.5

Na het in gebreke blijven van Adam kwamen de primaire middenwezens weer in dienst van de Melchizedek-curatoren, terwijl de secundaire groep aan het centrum van Adamszoon bleef verbonden tot aan diens dood. Drieëndertig van deze secundaire middenwezens, de leiders van hun organisatie ten tijde van de dood van Adamszoon, trachtten de gehele orde over te doen gaan naar de dienst van de Melchizedeks, waardoor zij een verbinding zouden hebben gelegd met het primaire korps. Toen zij hierin echter niet slaagden, verlieten zij hun metgezellen en gingen als groep over naar de dienst van de planetaire curatoren.

77:6.6

Na de dood van Adamszoon werd de rest van de secundaire middenwezens een vreemde, ongeorganiseerde en ongebonden invloed op Urantia. Vanaf die tijd tot de dagen van Machiventa Melchizedek leidden zij een ongeregeld en ongeorganiseerd bestaan. Door deze Melchizedek werden zij gedeeltelijk beteugeld, maar zij stichtten toch veel kwaad tot de tijd van Christus Michael. Gedurende diens verblijf op aarde namen zij allen hun uiteindelijke beslissing inzake hun toekomstige bestemming, waarbij de loyale meerderheid zich aansloot bij de leiders van de primaire middenwezens.


◄ 77:5
 
77:7 ►