◄ 74:4
Verhandeling 74
74:6 ►

Adam en Eva

5. Het bestuur van Adam

74:5.1

Gedurende bijna zeven jaar na de komst van Adam bleven de Melchizedek-curatoren nog in functie, maar ten slotte was de tijd daar dat zij het bestuur van de wereldzaken overdroegen aan Adam, en naar Jerusem terugkeerden.

74:5.2

Het afscheid van de curatoren nam een gehele dag in beslag en in de avond gaf elk der Melchizedeks aan Adam en Eva zijn laatste advies en zijn beste wensen. Adam had zijn raadgevers verscheidene malen verzocht bij hem op aarde te blijven, maar steeds waren deze verzoeken afgewezen. De tijd was gekomen dat de Materiële Zonen de volle verantwoordelijkheid op zich moesten nemen voor het bestuur van de zaken van de wereld. Te middernacht verlieten de serafijnse transporten van Satania aldus de planeet met veertien wezens die zij naar Jerusem brachten, want het overbrengen van Van en Amadon vond tegelijk plaats met het vertrek van de twaalf Melchizedeks.

74:5.3

Een tijdlang verliep alles redelijk goed op Urantia en het leek erop dat Adam uiteindelijk in staat zou zijn een plan te ontwikkelen om de beschaving van Eden geleidelijk verder te verbreiden. Overeenkomstig de raad van de Melchizedeks begon hij het handwerk en de kunstnijverheid aan te moedigen, met de idee om handelsrelaties aan te knopen met de buitenwereld. Toen Eden uiteenviel, functioneerden er meer dan honderd primitieve werkplaatsen en waren er uitgebreide handelsrelaties met naburige stammen aangeknoopt.

74:5.4

Eeuwenlang waren Adam en Eva geïnstrueerd in de methode tot verbeteren van een wereld die gereed was voor hun speciale bijdragen aan de vooruitgang van de evoluerende civilisatie; nu echter stonden zij oog in oog met dringende problemen zoals het vestigen van orde en gezag in een wereld van wilden, barbaren en half-geciviliseerde mensen. Afgezien van de fine fleur van de bevolking van de aarde die zich in de Hof had verzameld, waren er maar enkele groepen, hier en daar verspreid, die ook maar enigszins bereid waren de Adamische cultuur te aanvaarden.

74:5.5

Adam deed heldhaftige en vastberaden pogingen een wereldbestuur te vestigen, doch bij iedere stap stuitte hij op koppige weerstand. In heel Eden had Adam reeds een systeem van groepscontrole ingesteld en al deze groepen verenigd in het verbond van Eden. Er ontstonden echter moeilijkheden, ernstige moeilijkheden, toen hij de Hof uitging en trachtte deze ideeën toe te passen op stammen daarbuiten. Zodra de medewerkers van Adam buiten de Hof begonnen te werken, ontmoetten zij regelrechte, weloverwogen tegenstand van Caligastia en Daligastia. De gevallen Vorst was afgezet als wereldregeerder, maar hij was niet van de planeet verwijderd. Hij was nog steeds op aarde en in staat, althans tot op zekere hoogte, om alle plannen van Adam voor de rehabilitatie van de menselijke samenleving tegen te werken. Adam trachtte de rassen tegen Caligastia te waarschuwen, doch deze opgave werd zeer bemoeilijkt doordat zijn aartsvijand voor de ogen van stervelingen onzichtbaar was.

74:5.6

Zelfs onder de Edenieten waren er verwarde geesten die overhelden tot Caligastia’s leer van de ongebreidelde persoonlijke vrijheid; zij bezorgden Adam dan ook eindeloos veel problemen: steeds verstoorden zij de best opgezette plannen voor ordelijke vooruitgang en substantiële ontwikkeling. Hij zag zich ten slotte gedwongen zijn programma voor de rechtstreekse socialisatie in te trekken; hij viel terug op de organisatiemethode van Van, waarbij de Edenieten werden verdeeld in groepen van honderd, ieder met een kapitein aan het hoofd en met luitenants die verantwoordelijk waren voor iedere groep van tien.

74:5.7

Adam en Eva waren gekomen om een representatieve bestuursvorm in te stellen in de plaats van monarchaal bestuur, maar zij vonden op de gehele aarde geen bestuur dat die naam waard was. Voorlopig zag Adam af van iedere poging om een representatief bestuur in te stellen en vóór de ineenstorting van het regime van Eden slaagde hij erin daarbuiten bijna honderd handels- en sociale centra te vestigen, waar krachtige persoonlijkheden in zijn naam het bewind voerden. De meeste van deze centra waren vroeger door Van en Amadon georganiseerd.

74:5.8

Het zenden van gezanten van de ene stam naar de andere dateert van de tijd van Adam. Dit was een grote stap vooruit in de evolutie van het bestuur.


◄ 74:4
 
74:6 ►