◄ 74:2
Verhandeling 74
74:4 ►

Adam en Eva

3. Adam en Eva leren de planeet kennen

74:3.1

Nu, na hun formele installatie, werden Adam en Eva zich pijnlijk bewust van hun planetaire isolement. De vertrouwde nieuwsuitzendingen waren verstomd en alle circuits van buitenplanetaire verbindingen ontbraken. Hun metgezellen op Jerusem waren naar werelden gegaan die zich zonder problemen ontwikkelden, met een goed ingewerkte Planetaire Vorst en een ervaren staf die gereed stonden om hen te ontvangen en in staat waren om met hen samen te werken gedurende hun eerste belevenissen op deze werelden. Op Urantia had de opstand echter alles veranderd. Hier was de Planetaire Vorst zeer nadrukkelijk aanwezig en, hoewel hem zijn macht om kwaad te doen grotendeels was ontnomen, was hij toch in staat de taak van Adam en Eva te bemoeilijken en tot op zekere hoogte in gevaar te brengen. Door de Hof wandelden die nacht, in het schijnsel van de volle maan, een ernstig gestemde en ontgoochelde Zoon en Dochter van Jerusem, sprekend over plannen voor de volgende dag.

74:3.2

Zo eindigde de eerste dag van Adam en Eva op Urantia, de geïsoleerde en door het verraad van Caligastia verwarde planeet; zij wandelden en spraken dan ook tot diep in de nacht, hun eerste nacht op aarde. Zeer eenzaam voelden zij zich.

74:3.3

Adam bracht zijn tweede dag op aarde door in een vergadering met de planetaire curatoren en de adviesraad. Van de Melchizedeks en hun medewerkers kwamen Adam en Eva meer bijzonderheden te weten over de opstand van Caligastia en over het gevolg van die omwenteling voor de vooruitgang van de wereld. Over het geheel genomen was het een ontmoedigend verhaal, dit lange verslag over het wanbeheer van de zaken van deze wereld. Zij vernamen alle feiten aangaande de volledige ineenstorting van de plannen van Caligastia om het proces van de sociale evolutie te versnellen. Zij werden zich ook ten volle bewust van de dwaasheid om te trachten vooruitgang op de planeet te bereiken los van het goddelijke ontwikkelingsplan. En zo eindigde een droeve dag waarin hun echter veel duidelijk was geworden—hun tweede dag op Urantia.

74:3.4

De derde dag werd gewijd aan een bezichtiging van de Hof. Terwijl zij boven deze schoonste plek op aarde door de lucht werden gedragen, keken Adam en Eva vanaf de grote passagiersvogels—de fandors—neer op de uitgestrekte terreinen van de Hof. Deze dag van bezichtiging eindigde met een enorm banket ter ere van allen die zich hadden ingespannen om deze hof van Edenische schoonheid en pracht te creëren. En opnieuw wandelden de Zoon en zijn gezellin tot laat in de nacht van hun derde dag door de Hof en spraken zij over de immensiteit van hun opgaven.

74:3.5

Op de vierde dag spraken Adam en Eva tot de in de Hof verzamelden. Vanaf de heuvel van hun inauguratie spraken zij tot de mensen over hun plannen voor het herstel van de wereld en schetsten zij de methoden waarmee zij wilden proberen de sociale beschaving van Urantia te verheffen boven het lage peil waartoe zij ten gevolge van zonde en rebellie was gezonken. Dit was een grote dag, die werd besloten met een feest voor de raad van de mannen en vrouwen die waren geselecteerd om verantwoordelijkheden te aanvaarden in het nieuwe bestuur van de wereldzaken. Let op! er waren zowel vrouwen als mannen in deze groep, en dit was de eerste keer sinds de tijd van Dalamatia dat zoiets op aarde was gebeurd. Het was een verbazingwekkende vernieuwing om Eva, een vrouw, te aanschouwen die de eer en de verantwoordelijkheid voor de zaken van de wereld deelde met een man. En zo eindigde hun vierde dag op aarde.

74:3.6

De vijfde dag werd benut voor de vorming van de tijdelijke regering, het bestuur dat zou functioneren tot de Melchizedek-curatoren Urantia zouden verlaten.

74:3.7

De zesde dag werd gewijd aan een inspectie van de talrijke soorten mensen en dieren. De gehele dag werden Adam en Eva langs de muren in het oosten van Eden geleid om de dieren te zien die op de planeet leefden, zodat zij meer inzicht kregen in wat er moest worden gedaan om orde te scheppen in de wanorde op een wereld die door zo’n verscheidenheid van levende schepselen werd bewoond.

74:3.8

Degenen die Adam op deze tocht vergezelden waren zeer verrast toen zij zagen hoe volledig hij de natuur en de functie begreep van de vele duizenden dieren die hem werden getoond. Zodra hij naar een dier keek, kon hij de aard en het gedrag ervan aangeven. Adam kon bij de eerste aanblik alle materiële schepselen namen geven die hun oorsprong, natuur en functie beschreven. Zij die hem op deze inspectietocht geleidden, wisten niet dat de nieuwe regeerder van de wereld een van de deskundigste anatomen was van heel Satania; bovendien was Eva al even deskundig. Adam verbaasde zijn metgezellen met beschrijvingen van menigten levende wezens die te klein zijn om met het menselijk oog gezien te kunnen worden.

74:3.9

Toen de zesde dag van hun verblijf op aarde voorbij was, rustten Adam en Eva voor de eerste maal uit in hun nieuwe woning ‘in het oosten van Eden.’ De eerste zes dagen van het avontuur op Urantia waren zeer druk bezet geweest en zij zagen met groot genoegen uit naar een dag die geheel vrij zou zijn van alle activiteiten.

74:3.10

De omstandigheden legden hun echter iets anders op. De ervaring van de dag die juist voorbij was en waarop Adam zo intelligent en grondig het dierenleven van Urantia had besproken, alsmede zijn meesterlijke installatie-rede en zijn innemende manieren, hadden het hart van de bewoners van de Hof zozeer veroverd en hun verstand zozeer geïmponeerd, dat zij niet alleen van ganser harte bereid waren de nieuw aangekomen Zoon en Dochter van Jerusem als regeerders te aanvaarden, maar dat de meesten van hen op het punt stonden zich ter aarde te werpen en hen als goden te aanbidden.


◄ 74:2
 
74:4 ►