◄ 188:4
Verhandeling 188
189:0 ►

De periode van het graf

5. Lessen van het kruis

188:5.1

Het kruis van Jezus geeft de volheid weer van de allerhoogste toewijding van de ware herder aan zelfs de onwaardige leden van zijn kudde. Het plaatst alle verhoudingen tussen God en de mensen voorgoed op een familiebasis. God is de Vader, de mens is zijn zoon. Liefde, de liefde van een vader voor zijn zoon, wordt de centrale waarheid in de universum-betrekkingen tussen de Schepper en het schepsel—niet de gerechtigheid van een koning, die genoegdoening zoekt in het lijden en de bestraffing van zijn zondigende onderdaan.

188:5.2

Het kruis toont voor altijd dat de houding van Jezus tegenover zondaars noch veroordelend noch vergoelijkend was, maar veeleer eeuwig en liefdevol reddend. Jezus is waarlijk een heiland, in de zin dat de mensen door zijn leven en sterven worden gewonnen voor goedheid en voor rechtvaardige overleving. Jezus heeft de mensen zozeer lief, dat zijn liefde de respons van liefde in het hart van de mens wekt. Liefde is waarlijk aanstekelijk en eeuwig creatief. De kruisdood van Jezus illustreert een liefde die sterk en goddelijk genoeg is om zonde te vergeven en alle kwaaddoen te absorberen. Jezus heeft aan deze wereld een hogere kwaliteit van rechtvaardigheid onthuld dan gerechtigheid—het zuiver technische goed en kwaad. Goddelijke liefde vergeeft niet alleen verkeerde daden, ze absorbeert deze en doet ze daadwerkelijk teniet. De vergeving uit liefde gaat de vergeving uit barmhartigheid verre te boven. Barmhartigheid schuift de schuld van het kwaaddoen terzijde: liefde echter doet zonde, en alle zwakheid die daaruit voorkomt, voor altijd teniet. Jezus heeft een nieuwe levensmethode naar Urantia gebracht. Hij leerde ons het kwade niet te weerstaan, maar door hem een goedheid te zoeken die het kwaad daadwerkelijk verdelgt. De vergeving van Jezus is geen vergoelijking: zij is redding uit veroordeling. Redding gaat niet aan onrechtmatige daden voorbij: zij herstelt deze. Ware liefde sluit geen compromis met haat en evenmin vergoelijkt ze deze, maar zij vernietigt haar. De liefde van Jezus is nooit tevreden met alleen maar vergeving. De liefde van de Meester houdt rehabilitatie in, eeuwige overleving. Het is volkomen juist om over redding als verlossing te spreken, indien ge daarmee deze eeuwige rehabilitatie bedoelt.

188:5.3

Jezus kon, door de kracht van zijn persoonlijke liefde voor de mensen, de greep van zonde en kwaad verbreken. Hij stelde de mensen daardoor in vrijheid, zodat ze betere levenswijzen konden kiezen. Jezus beeldde een verlossing van het verleden uit, die op zichzelf een overwinning voor de toekomst beloofde. Vergeving verschafte aldus heil. Wanneer de schoonheid van goddelijke liefde eenmaal volledige toegang heeft gevonden tot het mensenhart, vernietigt zij voorgoed de bekoring van zonde en de kracht van het kwaad.

188:5.4

Het lijden van Jezus was niet beperkt tot de kruisiging. In werkelijkheid bracht Jezus van Nazaret meer dan vijfentwintig jaar door op het kruis van een werkelijk, intens, sterfelijk bestaan. De werkelijke waarde van het kruis is gelegen in het feit dat het de hoogste en finale uitdrukking was van zijn liefde, de voltooiing van de openbaring van zijn barmhartigheid.

188:5.5

Op miljoenen bewoonde werelden hebben tientallen triljoenen evoluerende schepselen die misschien in de verleiding waren de morele worsteling op te geven en de goede strijd des geloofs te staken, opnieuw naar Jezus aan het kruis gezien en daarna de moeizame tocht doorgezet, geïnspireerd door de aanblik van God die zijn geïncarneerde leven aflegde in toewijding aan de onbaatzuchtige dienstbaarheid aan de mens.

188:5.6

De triomf van de dood aan het kruis is geheel samengevat in de geest van Jezus’ houding ten opzichte van degenen die hem belaagden. Hij maakte het kruis tot een eeuwig symbool van de triomf van liefde over haat en de overwinning van waarheid over het kwaad, toen hij bad: ‘Vader, vergeef hen, want zij weten niet wat zij doen.’ Die toegewijde liefde was overal in dit enorme universum aanstekelijk: de discipelen werden er door hun Meester mee aangestoken. De allereerste leraar van zijn evangelie die werd geroepen om in deze dienst zijn leven te laten, zei, toen zij hem stenigden: ‘Reken hun deze zonde niet toe.’

188:5.7

Het kruis doet een allerhoogst beroep op het beste in de mens, omdat het een mens onthult die bereid was zijn leven te geven ten dienste van zijn medemensen. Niemand kan grotere liefde hebben dan deze: dat hij bereid is zijn leven te geven voor zijn vrienden—en Jezus had zo’n liefde, dat hij bereid was zijn leven te geven voor zijn vijanden, een liefde groter dan ooit tevoren op aarde was gekend.

188:5.8

Op andere werelden, evenals op Urantia, heeft deze sublieme aanblik van de dood van de mens Jezus op het kruis van Golgota de emoties van stervelingen geraakt, terwijl het de hoogste toewijding van de engelen heeft opgewekt.

188:5.9

Het kruis is het hoge symbool van heilige dienstbaarheid, van het wijden van het leven aan het welzijn en het heil van de medemens. Het kruis is niet het symbool van het offer van de onschuldige Zoon van God in de plaats van schuldige zondaars teneinde de toorn van een beledigde God te stillen, maar het verheft zich inderdaad voor immer, op aarde zowel als overal in dit ontzaglijke universum, als een heilig symbool van de goeden die zich aan de slechten geven, en hen juist door deze toegewijde liefde redden. Het kruis verheft zich inderdaad als het teken van de hoogste vorm van onbaatzuchtige dienstbaarheid, de allerhoogste toewijding van een rechtvaardig leven dat volledig werd gegeven voor de dienstbaarheid van oprecht dienstbetoon, zelfs in de dood, de dood van het kruis. En alleen al de aanblik van dit grote symbool van het zelfschenkingsleven van Jezus inspireert ons allen waarlijk om hetzelfde te gaan doen.

188:5.10

Wanneer denkende mannen en vrouwen naar Jezus zien terwijl hij zijn leven opoffert aan het kruis, zullen zij zich nauwelijks meer veroorloven te klagen, zelfs niet over de zwaarste tegenspoed in het leven, en nog veel minder over onbeduidende irritaties en hun vele, louter denkbeeldige grieven. Zijn leven was zo glorieus en zijn sterven zo triomfantelijk, dat wij allen verlokt worden tot een bereidwilligheid om beide te delen. Er schuilt een ware aantrekkingskracht in de gehele zelfschenking van Michael, van de dagen van zijn jeugd tot en met dit overweldigende schouwspel van zijn dood aan het kruis.

188:5.11

Zorgt er dus voor dat wanneer ge het kruis beschouwt als een openbaring van God, ge niet kijkt met de ogen van de primitieve mens of vanuit het gezichtspunt van de latere barbaar, die beiden God beschouwden als een meedogenloos Soeverein die streng rechtspreekt en onbuigzaam de hand houdt aan zijn wetten. Veeleer dient ge ervoor te zorgen dat ge in het kruis de finale manifestatie van de liefde en toewijding van Jezus ziet voor de levensmissie waarbij hij zich schonk aan de sterfelijke rassen van zijn uitgestrekte universum. Ziet in de dood van de Zoon des Mensen de climax van de ontvouwing van de goddelijke liefde van de Vader voor zijn zonen op de werelden der stervelingen. Zo beeldt het kruis de toewijding uit van gewillige liefde en de schenking van vrijwillig behoud aan degenen die bereid zijn om deze geschenken en toewijding te ontvangen. Er was niets in het kruis dat de Vader eiste—alleen wat Jezus gewillig gaf en weigerde te vermijden.

188:5.12

Indien de mens Jezus niet op andere wijze kan waarderen en de betekenis van zijn zelfschenking op aarde niet kan verstaan, dan kan hij althans de verbondenheid verstaan die in zijn lijden als sterveling tot uitdrukking gebracht werd. Niemand kan ooit vrezen dat de aard en omvang van zijn kwellingen in deze wereld aan de Schepper onbekend zijn.

188:5.13

Wij weten dat de dood aan het kruis niet plaatsvond om de mens met God te verzoenen, maar om de mens te stimuleren tot de bewustwording van de eeuwige liefde van de Vader en het eindeloze mededogen van zijn Zoon, en om deze universele waarheden aan een heel universum bekend te maken.


◄ 188:4
 
Verhandeling 189 ►
 

Nederlandse vertaling © Stichting Urantia. Alle rechten voorbehouden.