◄ 177:1
Verhandeling 177
177:3 ►

Woensdag, de rustdag

2. De vroege levensjaren in het gezin

177:2.1

In de loop van zijn samenzijn met Johannes Marcus op deze dag, besteedde Jezus heel wat tijd aan het vergelijken van hun beider vroege kinderjaren en latere ervaring als jongens. Ofschoon de ouders van Johannes meer goederen dezer wereld bezaten dan het geval was geweest met Jezus’ ouders, vertoonden hun ervaringen in hun jongensjaren toch grote overeenkomsten. Jezus zei vele dingen die Johannes hielpen om zijn ouders en andere familieleden beter te begrijpen. Toen de jongen de Meester vroeg hoe deze kon weten dat hij later een ‘machtig boodschapper van het koninkrijk’ zou worden, zei Jezus:

177:2.2

‘Ik weet dat je trouw zult blijken aan het evangelie van het koninkrijk, omdat ik ook op je huidige geloof en liefde kan rekenen, waar deze eigenschappen gefundeerd zijn op een opvoeding zoals jou in je vroege jeugd thuis ten deel is gevallen. Jij bent grootgebracht in een gezin waar de ouders elkaar oprecht liefhebben, en daarom ben je niet overmatig bemind, waardoor je gevoel van eigenwaarde nadelig vergroot zou zijn. En ook is je persoonlijkheid niet misvormd door liefdeloze onderlinge manoeuvres van je ouders om jouw vertrouwen en aanhankelijkheid. Je hebt de ouderlijke liefde genoten die je verzekert van een prijzenswaardig zelfvertrouwen en die een normaal gevoel van veiligheid aankweekt. Maar je bent ook fortuinlijk geweest, in de zin dat je ouders hebt gehad die niet alleen liefde, maar ook wijsheid bezaten. En deze wijsheid bracht hen ertoe je de meeste vormen van verwennerij en vele luxe dingen die rijke mensen kunnen kopen, te onthouden, en je naar de synagogeschool te sturen samen met je speelmakkers uit de buurt, en ze hebben je bovendien aangemoedigd om te leren hoe je in deze wereld moet leven door je toe te staan je eigen ervaring op te doen. Je kwam met je vriendje Amos naar de Jordaan waar wij predikten en de discipelen van Johannes doopten. Jullie verlangden beiden om met ons mee te gaan. Toen jullie naar Jeruzalem teruggingen, gaven jouw ouders hun toestemming, maar de ouders van Amos weigerden die. Zij hielden zoveel van hun zoon, dat zij hem de zegenrijke ervaring ontzegden die jij hebt gehad, zo’n ervaring als jij vandaag mag meemaken. Door weg te lopen van huis zou Amos zich bij ons hebben kunnen voegen, maar als hij dat gedaan had, zou hij hun gevoelens van liefde hebben gekwetst en zijn loyaliteit hebben opgeofferd. Zelfs indien het verstandig geweest zou zijn deze weg in te slaan, zou dit een vreselijke prijs zijn geweest voor ervaring, onafhankelijkheid en vrijheid. Verstandige ouders, zoals de jouwe, zorgen ervoor dat kinderen, wanneer zij jouw leeftijd bereikt hebben, geen liefdegevoelens behoeven te kwetsen en geen loyaliteit behoeven te onderdrukken, zodat zij onafhankelijkheid kunnen ontwikkelen en een vrijheid kunnen genieten die hen sterk maakt.

177:2.3

‘Liefde, Johannes, is de allerhoogste werkelijkheid van het universum wanneer zij door alwijze wezens wordt geschonken, maar het is een gevaarlijke en vaak half-zelfzuchtige trek zoals zij wordt gemanifesteerd in de ervaring van menselijke ouders. Wanneer jij trouwt en eigen kinderen zult hebben op te voeden, zorg er dan voor dat je liefde de wijsheid in acht neemt en zich door intelligentie laat leiden.

177:2.4

Je vriend Amos gelooft evenzeer als jij in dit evangelie van het koninkrijk, maar ik kan niet volledig op hem bouwen: ik ben er niet zeker van wat hij in de komende jaren zal doen. Zijn vroege jeugd thuis was niet van die aard dat hij een volledig betrouwbaar mens heeft kunnen worden. Amos lijkt teveel op een van de apostelen die ook geen normale, liefdevolle en verstandige opvoeding thuis heeft genoten. Jouw hele verdere leven zal gelukkiger en zekerder zijn, omdat je je eerste acht levensjaren in een normaal en goed geregeld thuis hebt doorgebracht. Jij hebt een sterk en hecht karakter, omdat je bent opgegroeid in een ouderlijk huis waar liefde de boventoon voerde en waar wijsheid regeerde. Zulk een opvoeding in je jeugd brengt een soort loyaliteit voort, die mij ervan verzekert dat je door zult gaan op de weg die je bent ingeslagen."

177:2.5

Meer dan een uur lang praatten Jezus en Johannes door over het huiselijk leven. De Meester legde daarbij Johannes uit dat een kind voor al zijn aanvankelijke ideeën over alle verstandelijke, sociale, morele en zelfs geestelijke zaken, volledig afhankelijk is van zijn ouders en het leven in het gezin dat met dezen is verbonden, omdat het gezin voor het jonge kind alles vertegenwoordigt wat hij in eerste instantie kan weten van zowel menselijke als goddelijke verhoudingen. Het kind moet zijn eerste indrukken van het universum ontlenen aan de zorg die hij van zijn moeder ondervindt; hij is volledig afhankelijk van zijn aardse vader voor zijn eerste ideeën over de hemelse Vader. Het latere leven van het kind wordt gelukkig of ongelukkig, gemakkelijk of moeilijk gemaakt, overeenkomstig zijn mentale en emotionele leven, dat bepaald is door deze sociale en geestelijke betrekkingen in het gezin. Het hele latere leven van een mens wordt enorm beïnvloed door wat er gebeurt in de eerste jaren van zijn bestaan.

177:2.6

Wij zijn er oprecht van overtuigd dat het evangelie zoals Jezus dit leerde en dat zozeer op de vader-kind-verhouding is gefundeerd, moeilijk wereldwijd aanvaard zal kunnen worden voordat het huiselijke leven van de moderne beschaafde volken meer liefde en meer wijsheid behelst. Niettegenstaande dat de ouders van de twintigste eeuw grote kennis bezitten en ook meer van de waarheid weten om een beter thuis te kunnen scheppen en hun huiselijk leven meer adeldom te kunnen geven, blijft het een feit dat maar zeer weinig moderne gezinnen even goede plaatsen zijn om jongens en meisjes op te voeden als het ouderlijk huis van Jezus in Galilea en dat van Johannes Marcus in Judea, alhoewel het aanvaarden van de leer van Jezus een onmiddellijke verbetering van het huiselijke leven tengevolge zal hebben. Het leven van liefde in een huis van wijze ouders, en de trouwe toewijding die voortkomt uit echte religie, oefenen een grote wederzijdse invloed op elkaar uit. Zulk gezinsleven verhoogt de religie, en echte religie verheerlijkt altijd het gezinsleven.

177:2.7

Het is waar dat veel van de laakbare, groei-belemmerende invloeden en andere benauwende trekken van het Joodse gezinsleven van vroeger, praktisch verdwenen zijn bij veel van de beter bestuurde gezinnen van de moderne tijd. Er bestaat inderdaad meer spontane vrijheid en veel meer persoonlijke vrijheid, maar deze vrijheid wordt niet door liefde ingetoomd, gemotiveerd door loyaliteit, of gericht door de intelligente discipline van wijsheid. Zolang wij het kind leren bidden, ‘Onze Vader die in de hemelen zijt,’ rust er een enorme verantwoordelijkheid op alle aardse vaders om zo te leven en hun huiselijk leven zo te regelen, dat het woord vader een waardige, heilige plaats zal vinden in de gedachten en het hart van alle opgroeiende kinderen.


◄ 177:1
 
177:3 ►