◄ 157:4
Verhandeling 157
157:6 ►

In Caesarea-Filippi

5. Het nieuwe begrip

157:5.1

Het nieuwe, essentiële kenmerk van de belijdenis van Petrus was de duidelijk uitgesproken erkenning dat Jezus de Zoon van God was, dat zijn goddelijkheid buiten twijfel stond. Sinds zijn doop en de bruiloft te Kana hadden deze apostelen hem op verschillende wijzen steeds als de Messias gezien, maar het was niet een onderdeel van de Joodse voorstelling van de nationale verlosser dat deze goddelijk moest zijn. De Joden hadden niet onderricht dat de Messias een goddelijke oorsprong zou hebben: hij zou weliswaar de ‘gezalfde’ zijn, maar zij hadden zich hem bijna nooit als ‘de Zoon van God’ voor ogen gesteld. In de tweede belijdenis werd meer nadruk gelegd op de gecombineerde natuur, het verheven feit dat hij de Zoon des Mensen was en de Zoon van God, en Jezus verklaarde dat hij op deze grootse waarheid van de tweeëenheid van de menselijke natuur en de goddelijke natuur, het koninkrijk des hemels zou bouwen.

157:5.2

Het streven van Jezus was geweest om op aarde als de Zoon des Mensen te leven en zo ook zijn zelfschenkingsmissie te voltooien. Zijn volgelingen waren bereid hem te zien als de verwachte Messias. Wetende dat hij nooit aan hun Messiaanse verwachtingen zou kunnen beantwoorden, poogde hij een zodanige modificatie in hun voorstelling van de Messias teweeg te brengen, dat hij daardoor gedeeltelijk aan hun verwachtingen tegemoet zou kunnen komen. Maar hij zag nu in dat dit plan nauwelijks met goed gevolg kon worden uitgevoerd. Daarom verkoos hij vrijmoedig met het derde plan voor de dag te komen—om openlijk zijn goddelijkheid te verkondigen, de waarheid van Petrus’ belijdenis te erkennen, en ronduit aan de twaalf te verkondigen dat hij een Zoon van God was.

157:5.3

Drie jaar lang had Jezus verkondigd dat hij de ‘Zoon des Mensen’ was, terwijl de apostelen gedurende deze zelfde drie jaar steeds krachtiger volhielden dat hij de verwachte Joodse Messias was. Hij onthulde hun nu dat hij de Zoon van God was, en besloot om op het begrip van de gecombineerde natuur van de Zoon des Mensen en de Zoon van God het koninkrijk des hemels te bouwen. Hij had besloten af te zien van verdere pogingen om hen te overtuigen dat hij niet de Messias was. Hij nam zich nu voor hun vrijmoedig te openbaren wat hi j is, en daarna geen acht meer te slaan op hun vastbeslotenheid om hem als de Messias te blijven zien.


◄ 157:4
 
157:6 ►